Cappadocie/goreme 1
Het is hier erg heet, 36 graden overdag en het koelt pas laat in de nacht af naar ong. 14 graden. Toen we vanmorgen opstonden landden net de laatste luchtballonnen in de buurt van de camping. Je kunt hier per luchtballon over het gebied vliegen, je moet daarvoor om 4 uur in de ochtend klaarstaan om opgehaald te worden; voor ons toch wat vroeg. Vandaag met de fiets de rozenvallei, fee-envallei en een klein dorpje met grotwoningen bezocht.
We volgden de aanwijzingen richting rozenvallei via een pad dat door een mooie omgeving liep, maar de meeste stukken waren zo steil en smal dat de fiets aan de hand meegenomen moest.
Na diverse klim en glijpartijen bereikten we de rozenvallei, die ook weer bestaat uit apart gevormde kalksteen formaties Het landschap is ontstaan na aardbevingen vele eeuwen geleden. De toenmalige bewoners hakten woningen en zelfs kerken uit. Die ruimten zijn nog te zien.
Eenmaal in de rozenvallei waren we toe aan heel veel water want na 2,5 uur klimen en glijen was ons eigen water op. De meeste gebieden hier zijn vrij toegankelijk en op sommige plaatsen ligt erg veel rommel. Bij de rozenvallei stond een stalletje met water en vruchtensappen. Er zat een reisgezelschap Duitsers, er liepen 2 fransen die de kerken in het gebied zochten en er was een groep poolse studenten die een maand toeristische stage deden in Turkije. Ook 2 nederlanders op een scooter die we onderweg tijdens de klim/glijpartij waren tegengekomen. Ook voor een scooter was dit wandelpad een heel avontuur.
Na een drinkpauze verder op de fiets; hoewel de campingeigenaar had verteld dat alles goed te doen was omdat de weg door vlak gebied liep, waren er toch de nodige heuvels. Bij de fee-envallei waren enkele bussen met toeristen, maar druk was het niet. Ook hier veel stalletjes met souvenirs en eten. Tijdens de lunch werden we bediend door een turk die verdacht goed duits sprak. Het bleek een turk uit het duitse ruhrgebied die klaar was met school en tot oktober in cappadocie werkte. Zijn plan was om nog een studie te doen en dan voorgoed terug te keren naar Turkije, hij zag mogelijkheden in de toeristen industrie met go-kart. Hij wilde ook weten of de zwarte markt in Beverwijk de moeite waard was om vanuit Solingen(Duitsland) naartoe te gaan, maar dat weten wij ook niet.
Daarna terug op de fiets, na een paar kilometer kwamen we een drankenwinkeltje tegen, waar ik water en enkele blikjes bier kocht. De man in het winkeltje bleek wat nederlands te spreken, had jarenlang in Amsterdam en op de zwarte markt in Beverwijk gewerkt; was 63 jaar en woonde nu weer in Cappadocie. Al pratende werd er afgerekend en liep hij mee naar buiten om met Thieu te praten, de heren waren nl van dezelfde leeftijd. Eenmaal weer fietsend ontdekten we dat ik 10 lira wisselgeld te weinig had teruggekregen, bleikbaar een misser door geklets over andere dingen. Even later kwam er een auto die bij ons stopte, het was de man van het drankenwinkeltje met tien lira, hij had ook ontdekt dat hij te weinig had teruggegeven en kwam het geld nabrengen. Applaus voor deze eerlijke man.
Even na drie-en terug op de camping, op zij minst 11 km gefiets en geklauterd,het was inmiddels 38 graden en we waren uitgeteld.
Bubbles was blij ons te zien want in de camper was het inmiddels 40 graden.
De campingbaas rijdt al heel de dag met een grote watertank heen en weer naar het dorp; hij vult de tank op de camping met water uit een put. Wat hoger gelegen hotels hebben om ons onbekende reden problemen met water en hij brengt ze water. Hij dacht nog een dag of tien bezig te zijn met de watervoorziening. Vandaag is er ook een stelletje studenten uit Ankara met tent op de camping komen staan, ze kwamen vanavond kennis maken.
Het is nu tien uur in de avond, buiten 23 graden, in de camper 28 graden; Bubbles is al naar bed.
Van Golbasi naar Goreme
Vanuit Golbasi bij Ankara naar Goreme in Cappadocie, 285 km. Mooie autoweg, waaraan op veel plekken gewerkt wordt. Het landschap is saai, Steppegebied op de Anatolische hoogvlakte, hele grote graanvelden waarvan het graan geoogst is, hier en daar een stadje. Geen ezeltjes en karretjes, maar grote trekkers en vrachtwagens die graan vervoeren. Bij een van de stadjes staat een tentenkamp, de tenten zijn grote zeilen op paaltjes, er wordt duidelijk geleefd, er ligt rommel en er hangt was te drogen. Eerst denken we nog aan vluchtelingen, maar het zijn waarschijnlijk seizoens arbeiders. We zien later nog een paar van zulke kleinere kampjes.
Na ruim honderd kilometer komen we bij een zoutmeer: Het Tuz Gölü; 80 km lang, 50 km breed. Het water is extreem zout, in die zin dat er zelfs tijdens de zomer een zoutlaag van 30 cm overblijft als het meeste water verdampt. zoutwinning is een belangrijke industriële activiteit in deze regio. De randen van het meer zijn dan ook wit, in het midden zien we een laag water. De weg loopt kilometers lang langs het meer. Vanaf nu zijn de graanvelden kleiner en worden er ook weer fruit en groenten geteeld, hier en daar zien we zelfs druiven. De zonnebloemen zijn geoogst en op veel plaatsen liggen graan en zonnepitten op een groot zeil te drogen bij de wat armzalige boerderijtjes. De zonnebloemen die nog niet zijn geoogst hebben vaak een kleurige plastc zak over de bloem, de reden weten we niet. De stoppels op graanvelden worden hier afgebrand. Soms komen er grote rookwolken vanaf. Weer veel fruitverkopers langs de weg en later stalletjes waar men aardappels per 25 kilo of meer verkoopt. Als we verder naar het oosten rijden wordt het weer heuvelachtiger, de huizen blijven wat armoedig, behalve in de grotere plaatsen, daar staan mooie nieuwe wijken en grote flatgebouwen. De benzinestations hebben geen restaurant en veel stations zijn gesloten en vervallen.
Onderweg worden hier en daar grote kuddes koeien uitgelaten, de herder loopt erbij. Slechts 1 keer zagen wij koeien in een omheinde wei lopen.
Dan naar Goreme, maar net voor goreme is de weg afgeloten en worden we omgeleid door smalle straatjes; opeens een adembenemend uitzicht op de vallei met grillig gevormde rotspunten en dalen. In het centrum aangekomen vinden we al snel de door ons uitgekozen camping. Helaas is de camping vol, Er waren zo weinig gasten dit jaar dat hij de hele camping voor de komende 4 dagen verhuurd heeft aan een groep van 200 jongeren voor een moslim congres. Hij geeft ons nog wat toeristische informatie en we lunchen in zijn restaurantje, daarna gaan we naar een camping 500 meter verder. Een heel erg mooi aangelegde camping met een mooi zwembad, dat overdag ook wordt gebruikt door dagrecreanten. Die douchen na zwembadgebruik, maar krijgen alleen een koude douche. Het warme water wordt overdag afgesloten. Ook hier zijn we de enige gasten, We hebben na Istanboel geen enkele andere camper meer gezien en hadden de kampeerlekken voor ons alleen. Alle eigenaren klaagden dat er dit jaar bijzonder weinig gasten zijn geweest.
via Safranbolu naar de buurt van Ankara
Vrijdagavond kwam de turkse journalist nog op bezoek met flessen bier en een tas vol chips en andere zoutjes. De man heeft erg veel hinder van pesterijen van de overheid door zijn kritische politieke artikelen. Op zaterdag om 6 uur nederlandse tijd opgestaan, hier was het 7 uur. Douchen, ontbijten, afscheid nemen van de turkse medekampeerder en de campingeigenaar en om kwart voor negen reden we de camping af. De weg van Akcakoca naar Duzce is een prima weg, we komen door diverse dorpjes. Het is wel erg heuvelachtig. Na Duzce nemen we een stuk tolweg, er zit een tunnel in van 3 km. De maisvelden zijn vervangen door grote graanvelden en groenten. Op verschillende plaatsen worden de groenten geoogst en zijn veel mensen aan het werk. Het landschap is erg bergachtig, de huizen zijn van steen, soms wat armoedig. Het is alsof je door welk eender west-europeesch land rijdt, nou ja, behalve de spitse minaretten. Langs de autoweg liggen tankstations en grote rustplaatsen met een restaurant en winkel. Soms ligt er een restaurant bij het tankstation. Bij Gerede verlaten we de tolweg en gaan tanken en koffie drinken. Op de parkeerplaats staan meerdere prieeltjes zodat je uit de zon kunt zitten. Als de bediende van het tankstation fooi krijgt wast hij ook onze voorruit.
Verder landinwaarts staan er veel stalletjes langs de weg waar je kunt eten, er roken grote kookpotten. In Karabuk rijden we kilometers lang langs een industrie terrein met zware industrie. Gewone industrie terreinen hebben een bewaakte toegang. Enkele klilometers na Karabuk ligt ons einddoel, Safranbolu. In Karabuk komen we langs een hypermoderne carrefour, even gestopt om nog wat inkopen te doen. Vooral flessen water raken in dit weer in snel tempo leeg, het is bijna 40 graden. Rond 13.00 bereiken we Safranbolu en draaien met behulp van Tom Tom een parkeerplaats op. We zien meteen dat dit niet de gezochte verblijfplaats voor de komende nacht is. De beheerder van de parkeerplaats wijst dat we een poort eerder moeten hebben. Keren dus, en een jongen helpt ons de juiste poort binnen te rijden. Het is een kampeerplaats met terrassen behorend bij een hotel/restaurant aan de overkant van de weg. Een steil grindpad leidt naar de terrassen, maar zo”n grindpad kunnen wij niet op, dus we blijven beneden staan. Douches en toilet in het hotel. We mogen ook eerst gaan kijken of de faciliteiten ons bevallen. Het centrum is 600 meter verder, 6 km zegt de receptionist. Vreemd, de campingeigenaar in Akcakoca zei dat de autoweg 7 km na de camping begon, maar hij bedoelde 700 meter.
We hebben ons geinstalleerd en zijn naar het dorpscentrum gelopen. We kwamen een lopend bruidspaar zonder gasten tegen, zagen een bruidspaar doende met een fotosessie, in Istanboel hadden we al een keer een lopende bruid met gasten, maar zonder bruidegom gezien.
Safranbolu is een eeuwenoud dorpje met een soort van vakwerkhuizen dat op de Unesco wereld erfgoedlijst staat. Het is erg toeristisch en alle straatjes zitten vol met souvenirwinkeltjes en zonneschermen, je ziet dus weinig van de oude huizen. We hebben eerst een tosti gegeten in een van de vele restaurantjes en toen een wandeling gemaakt door het dorpje, we mochten ook in de moskee kijken, we hoefden hoofd, armen en schouders niet te bedekken. In het dorpje ligt ook een oude “caravanserai”, een rust en slaapplaats voor reizigers op de vroegere zijderoute. Het wordt nu gebruikt als hotel. Voor 35 eurocent mag je binnen kijken en dat hebben we gedaan.
Het is erg druk in het dorpje, vooral veel japanners, geen europeanen en erg veel turken.
Toen we alles wel gezien hadden zijn we terug gegaan naar onze kampeerplaats. Bij het hotel gevraagd of we daar vanavond bij het eten Bubbles mogen meebrengen. Bubbles mag mee, maar dan kunnen we niet in het grote restaurant eten. Geen probleem voor ons. We hebben er dus vanavond heerlijk gegeten voor een mooie prijs, heel wat goedkoper dan in Istanboel. Het restaurant was erg druk bezocht, o.a. door een groep japanners.
De jonge ober spreekt ook wat engels en maakt graag een praatje, als we vertellen dat we op weg zijn naar cappadocie zegt hij dat we daar niet heen moeten gaan want dat is gevaarlijk. Met behulp van de vertaalapp zegt hij dat daar gevechten zijn, syrische grens enzo. We hebben hem uitgelegd dat de gevechten duizenden kilometers verder zijn. Zelfs met behulp van google maps bleef hij twijfelen; zijn aardrijkskundige kennis moet nog wat bijgewerkt denken wij.
Voor het eerst sinds Bulgarije hebben we zaterdag avond het journaal gezien; in Istanboel was het te warm om tv te kijken en in akcakoca stond een boom in de weg. Tot onze verbazing ontvingen we in Safranbolu nog nederlands satellietsignaal.
Vanmorgen weer op tijd vertrokken uit Safranbolu naar de volgende halte iets ten zuiden van Ankara. In het dorp naast Safranbolu hangt erg veel smog door alle industrie. We nemen een nationale weg, een mooie route met veel erg slechte stukken wegdek. Hier en daar ligt veel vuil langs de weg, op sommige plekken is er duidelijk vuil gestort.
We rijden grote stukken door een gebied waar niemand lijkt te wonen, heuvelachtig gebied met veel bomen. Veel klimmen en dalen, we moeten 2 passen over. Het is zondag en de meeste turken zijn vrij. Langs de weg wordt er op veel plaatsen gepicknickt, ook zien we meerdere begraafplaatsen dicht bij de doorgaande weg, niet altijd liggen er huizen in de buurt. Er is weinig verkeer op de weg. Als we Ankara naderen zijn er veel mensen aan het werk op de velden, er is daar weer veel tuinbouw en fruitteelt. We willen graag tanken en even onze benen strekken voor we Ankara bereiken, maar diesel tanken blijkt niet zo makkelijk. De meeste tankstations verkopen alleen benzine en autogas, geen diesel en hebben ook geen parkeerplaats. Wel is er bij veel tankstations een gebedsruimte. Uiteindelijk vinden we een tankstation met parkeerplaats, dat ook diesel verkoopt. De rondweg om Ankara was rustig en loopt heel erg ver om de stad heen. De afrit naar onze bestemming was afgesloten, maar een omleiding stond goed aangegeven.
We staan nu als enige camper op een kampeerplek bij een mooi hotel, met uitzicht op een meer en we mogen gebruik maken van het mooie hotelzwembad. Het is hier 36 graden. Morgen verder naar Goreme in Cappadocie.
Akcakoca
Woensdagochtend was de puinhoop in de douches compleet, er kon niet gedouched worden in Istanboel en dat nadat de temperatuur heel de nacht 25 graden was gebleven. Toen maar in de camper gedouched, het is wat krapjes, maar uiteindelijk hebben we dat ding niet voor niets.
Net voor negenen verlieten we onze stek van de laatste dagen en reden richting Ankara. Het was druk, maar de eerste kilometers gingen goed. Maar eenmaal op de autoweg ging het stapvoets tot de brug over de Bosporus. Teveel verkeer, teveel op en afritten. Tussen de rijdende auto’s liepen verkopers van water en bedelaars, motors haalden links en rechts in en dan wisselden er ook nog veel auto’s van rijbaan. Na anderhalf uur konden we eindelijk doorrijden. We reden langs een stukje van de zee van Marmara met erg veel zware industrie en havens. Bij Kartepe hebben we de snelweg verlaten om de laatste 130 km via lokale wegen naar onze bestemming te rijden. Mooie landschappen, mooie en lelijke huizen, armzalige boerderijtjes, het was er allemaal. Er lopen ook meer gesluierde vrouwen, meestal ouderen. Veel fruitstalletjes langs de weg en maisvelden, maar ook grote boomgaarden. Ergens rond het middaguur zijn we gestopt bij een restaurantje, er waren maar 2 andere gasten. Het was een leuk geheel, een grote tuin met her en der verspreid staande tafeltjes en banken. Soms stonden de tafeltjes onder versierde partytenten. Er stonden ook speeltoestellen voor de kinderen en er was nog een stuk bos met tafeltjes en stoeltjes. De eigenaar van het restaurantje had 20 jaar geleden 3 jaar in Duitsland gewerkt en sprak nog 3 woorden duits, hij had in die tijd ook Venlo bezocht. Hij vertelde dat de kinderen tot oktober schoolvakantie hadden. We hebben er een overheerlijke turkse tosti gegeten.
De koffie die we erbij hadden besteld was erg slapjes. Goed koffie krijgen is lastig, ze zijn beter met thee en Turkse koffie. Je krijgt niet voor niets een groot glas water bij de turkse koffie. Later bleek dat de tosti best duur was, Thieu heeft ergens zijn portemonee verloren.(nee…. Is niet gestolen)
Daarna via de kustweg van Karasu naar Akcakoca, in eerste instantie een brede 4 baansweg, maar plotseling veranderde de weg in een smal weggetje dat zich door bergachtig landschap slingert. Ergens in een bocht kwamen we een vrachtwagen tegen, het passeren lukte maar net, en het ravijn zat aan onze kant.
Langs de kust liggen meerdere hotels en soms zagen we zelfs een bordje met camping erop.
Overal onderweg zagen we iets bruins liggen op grote zeilen in de tuinen, het blijken hazelnoten te zijn. De hazelnoten worden nu geoogst, 2 dagen drogen in de zon, de slechte eruit halen en vervolgens komt de opkoper ze keuren en biedt een prijs. De gedroogde hazelnoten worden in grote Jute zakken verpakt en meegenomen.Veel meer dan hazelnoten en wat toerisme is er niet in deze streek.
De camping in Akcakoca waar we nu staan was een beetje lastig te vinden, maar bij een tankstation wezen ze ons de weg. We staan op een mooi grasveld met hoge bomen; dus schaduw en die schaduw is welkom, het was overdag weer 35 graden.
We hebben elektra en er zijn warme douches en europeesche toiletten, alles naar Turkse normen. Het bijbehorende restaurant is al jaren gesloten, wel is er een buitenbar. De eigenaar is een Turk die 15 jaar lang in Duitsland heeft gewoond en gewerkt. Hij was ook bezig met de hazelnotenoogst en maisoogst, hij bracht ons tegen de avond gekookte mais uit eigen tuin. Bubbles heeft het helemaal naar haar zin: schaduw overdag en in de avond een bekwame temperatuur, lopen aan een lange lijn en heel veel aandacht van een paar turken. De enige andere kampeerder is een journalist uit Ankara, hij komt elk jaar een weekje met een tentje hier in de boomgaard staan.
We zijn naar het dorp gefietst, dwz, gedeeltelijk gefietst, gedeeltelijk gelopen, er zijn nogal wat steile heuvels en onze camping ligt onder aan zo’n heuvel. Het dorp heeft meerdere hotels, een strand, een vissershaven en heel wat terrasjes en een zeer moderne moskee. Er zijn veel winkeltjes in het dorp en meerdere supermarktjes. Bier was alleen verkrijgbaar in de Migros supermarkt en speciale dranken stalletjes. Alcoholische dranken zijn in Turkije veel duurder dan in Nederland. We zochten ook wat vlees voor op de bbq. Een slager had mooi ogend vlees in de vitrine, het leek entrecote. Ik probeerde erachter te komen van welke diersoort het vlees afkomstig was, maar hoe vraag je dat aan iemand die alleen turks spreekt. Dan maar met bijbehorend geluid: is het van boe, of is het van mè- èh, dit tot groot vermaak van de andere klanten. Het bleek uiteindelijk vlees van een volwassen schaap en dat is me te bitter. Ter illustratie pakte een klant grijnzend een decoratief schaap van de toonbank. Bubbles is tijdens ons bezoek aan het dorp bij de camper gebleven en lag braaf op onze terugkomst te wachten. Eenmaal terug op de camping was de was droog, kregen we een kilo gedroogde hazelnoten van een man en vervolgens kwam de journalist gewapend met een grote fles bier en reuzenpaprika’s in een pot borrelen.
Vandaag is het vrijdag, voor een deel van de inwoners een vrije/ gebedsdag? in elk geval wordt er weinig gewerkt en ligt er veel jeugd aan het water. Even rust en opruimen, morgen verder naar Safranbolu, een stadje dat op de werelderfgoedlijst staat.
Istanboel vervolg
Rondom de parkeerplaats waar we staan heeft men heesters en struikjes geplant, daar tussen staan ook tomatenplanten met rijpende tomaten, van wie ze zijn weten we niet. De tomaten krijgen de kans niet te rijpen want elke dag komen er minstens 4 verschillende personen langs om de rijpe(lees dikke) tomaten te plukken. We staan hier met 2 turken, een duitser en een zweed van Turkse afkomst. Rond middernacht kwam er nog een Italiaan. Hij kwam vanaf Boekarest in Roemenie.
We zijn naar de grote bazaar geweest, hele grote hallen met allemaal winkeltjes, alles netjes geordend en verdeeld naar vakgebied. Er is geen vers voedsel te koop, wel wat specerijen. In de bazaar zijn ook cafeetjes en restaurantjes. Daarna hebben we lang gezocht naar een oude ondergrondse watervoorziening voor de stad van eeuwen geleden, niemand kon ons vertellen waar de Cisterne was. Toen we het gebouw eindelijk vonden stond er weer een lange rij wachtenden voor de kassa. We proberen morgen opnieuw. Daarna op zoek naar een supermarkt, die vonden we uiteindelijk maar 2 km verwijderd van onze staanplek in een niet toeristische wijk. Er zijn hier na de middag heel erg veel mensen op straat, meestal modern geklede mannen en vrouwen, een enkel hoofddoekje en zeldzaam vrouwen die geheel gesluierd zijn, al hebben we gisteren een bus gesluierde toeristen gezien. Tegen vijven ontstaat een soort heksenketel van bussen, taxi’s, trams, auto’s en voetgangers. De lichten van de oversteekplaatsen staan erg lang op rood en de meeste voetgangers willen niet op groen wachten, met als gevolg dat zelfs de tram nauwelijks kan rijden. Waar het verkeer te chaotisch is gaan we maar met de fiets over het trottoir. Istanboel is echt niet ingesteld op fietsers. Tegen de avond verschijnen er ook overal straatverkopers, waterverkopers hoor en zie je heel de dag, de waterverkopers promoten hun artikel luidkeels, het klinkt alsof er een duif in de buurt zit te koeren. In de parkjes in de buurt wonen wat daklozen, overdag zitten ze bij elkaar, s’-nachts rollen ze hun matras en slaapzak uit en slapen in de buitenlucht. Soms zien we ook bedelaars. Deze keer hebben we gegeten in de niet-toeristische wijk, de prijzen liggen echter nauwelijks lager dan in toeristengebied. De grote restaurants hebben ook alcohol, de kleinere niet. Alcohol is hier duurder dan in Nederland, wel overal verkrijgbaar.
Inmiddels de cisterne bezocht. Het is een heel erg grote onderaardse gewelvenkelder gestut door heel veel zuilen. Eeuwen geleden diende dit reservoir om een deel van de stad van water te voorzien. Het water werd via aquaducten aangevoerd vanuit de bergen.
Daarna nogmaals naar de grote Bazaar. Onderzettertjes, een paar mooie hanglampjes en een kussenovertrek gekocht. Toen kwamen we uit bij een heel rustig binnenplaatsje in de verder drukke bazaar. Na een kop koffie zijn we teruggegaan naar de camper, Na het middaguur wordt het vreselijk druk in de bazaar. Er zijn verschrikkelijk veel kleine straatjes in deze wijk en het is ons nog niet eenmaal gelukt om via dezelfde straatjes terug te fietsen naar onze kampeerplek.
De Italiaan die vannacht te dichtbij kwam staan is een stuk opgeschoven. Hij heeft 2 honden bij zich en hij staat nu bij het enige boompje dat bij de juiste zonnestand wat schaduw geeft.
De douches op dit sportcomplex worden gerenoveerd. Eerst zei de bewaker van vandaag dat ik niet mocht douchen, maar later bracht hij me een sleutel zodat ik kon douchen en de deur afsluiten. Hij was alleen vergeten dat de deur eruit was. Ik heb hem verzekerd dat ik zonder deur ook wel kon douchen, en zo geschiedde. Ze durven toch niet in de buurt te komen als een vrouw in de douches is.
Morgen verder richting zwarte zee.
Istanboel
Op vrijdag water bijgevuld en de camper maar weer eens opgeruimd. We stonden inmiddels alleen op de Bulgaarse camping, lekker rustig een leesdag gehouden. zaterdagmorgen zijn we vertrokken richting Turkije, binnen een half uur stonden we aan de grens Bulgarije/turkije. Dat ging best snel. De eerste douanier van bulgarije bekeek de paspoorten, de 2e douanier wenkte dat we door konden rijden. Een eindje verder de turkse grens: een enorm complex, maar bijna niemand die Turkije in wilde, dit in tegenstelling tot het uitgaand verkeer vanuit Turkije: daar stond een enorme file.
De eerste post controleerde de paspoorten en het visum. Stempel in paspoort en naar het volgende hok. Daar werden nogmaals de paspoorten gecontroleerd, het kentekenbewijs en de groene kaart en werd de camper bijgeschreven in het paspoort. Volgende controle: een motorrijder voor ons moest 6 peren uit zijn bagage achterlaten voor hij mocht doorrijden. Daarna waren wij aan de beurt, de douanier wilde in een bergruimte kijken en wilde vervolgens in de camper kijken. Dat gebeurde ook en hij vond het prima zo. We hebben geen hond gemeld en hij heeft niet naar een hond gevraagd al kon hij de bench in de camper zien staan. We kregen een sticker die we bij een hok 50 meter verder moesten laten scannen en dat was de turkse grenspassage.
100 meter na de grens hebben we bij een ATM van de ING Turkse valuta gepind en geprobeerd een tolvignet te kopen. Helaas werden er bij de grens geen vignetten verkocht omdat men aan het verbouwen was. Volgens een medewerker van het tankstation konden we 20 km verder een vignet kopen. Langs de weg naar de turks/bulgaarse grens stonden veel vrachtwagens, een vele kilometers lange file. Aangekomen bij het begin van de tolweg was er nog steeds geen mogelijkheid geweest om een tolvignet te kopen, dus door het tolpoortje de autoweg op gereden. De tolweg heeft een automatische registratie en er zijn geen slagbomen. Na 70 km tolweg eindelijk een tankstation. Diesel tanken en een tolvignet kopen. Het tanken was een raar systeem; je vertelt de tankstation medewerker hoeveel je wilt tanken en hij toetst iets in op een kastje. De pomp stopte echter niet bij het gevraagde aantal liters, dus zelf maar gestopt. Daarna toetst de medewerker weer iets in en komt er een bonnetje uit. Cash geld incasseert de medewerker, maar wij wilden betalen met creditcard en tevens een tolvignet kopen, dus dat moest in het kantoortje gebeuren. Een rommelige toestand waarbij een andere medewerker de vignetregistratie moest afhandelen en de pompbediende nog steeds ons tankbonnetje had terwijl hij in en uit het kantoortje holde. Uiteindelijk was het vignet klaar en kon ik betalen, bedrag voor het tanken en 20 euro voor het tolvignet. De pompbediende was zeer behulpzaam en plakte het vignet op de juiste plek op onze voorruit. Gevraagd welk tegoed er nou op het vignet zat, maar, mede door taalproblemen, hebben we geen idee. De medewerker zei dat het geldig was voor een week, maar Turkije kent geen weekvignetten. Wel hebben we een officiele rekening van het tolvignet, maar dat is volledig in het Turks en er staan meerdere bedragen op, maar we begrijpen er niets van. Even later ontdekten we dat we betaald hadden voor de getankte brabdstof aan pomp 1, wij hadden getankt aan pomp 2. Minstens 10 euro teveel afgerekend helaas.
Daar het nog vroeg was besloten we zonder tussenstop door te rijden naar Istanboel, we zouden daar dan als het meezat om ong. 15.00 kunnen zijn. Het landschap werd steeds heuvelachtiger richting Istanboel, erg veel landbouw en dichter bij Istanboel meer industie. Helaas was de verkeersdrukte in en om Istanboel zo groot dat TOM-Tom 3 maal een snellere route heeft verzonnen, maar dat we uiteindelijk stapvoets rijdend om half vijf op de gewenste plek arriveerden. Onderweg passeerden wij op de drukke randweg van Istanboel 3 nederlandse fietsers, met op hun shirtje “Holland to Turkey”. Ze laveerden met gevaar voor eigen leven door het drukke verkeer.
Istanboel heeft geen campings, de dichtstbijzijnde camping ligt op 60 km, 2 a 3 uur rijden.
We staan nu op een parkeerplaats van een sportveld(voetbal), dicht bij de ferryhaven en het centrum. De parkeerplaats is omheind en bewaakt, electra aansluiting en douche en toilet in het gebouw van het complexje. Het gebouw bevat 2 kleedkamers, een aantal toiletten en douches, maar geen kantine. Naast deze parkeerplaats ligt een soortgelijk parkje. Beide voetbalvelden hebben kunstgras en er wordt elke dag gevoetbald van 15.00 tot ong 1.00 ’s-Nachts. Alleen mannen en duidelijk amateurs. Vanuit de haven komt dag en nacht veel lawaai en de weg is erg druk. De andere mogelijkheid om te verblijven is een bewaakte parkeerplaats 2 km verder, zonder faciliteiten, maar aan dezelfde weg, tussen de weg en de zee.
Bij het uitlaten van Bubbles ontdekten we een geweldig leuk straatje vol restaurants, dus daar lekker gegeten op zaterdagavond.
Op zondag was het een nationale feestdag in Turkije. Er werd een fietstocht gehouden ter ere van deze dag; je ziet bijna geen fietser in Istanboel, maar er waren heel erg veel deelnemers aan de fietstocht. We zijn op de fiets naar de blauwe moskee geweest, die kon je bezichtigen. Vrouwen moeten een hoofddoek en bedekte benen en schouders, een legging mag niet. Mannen moeten een broek tot over de knie. Bij de ingang kreeg je gepaste doeken/rokken om de juiste lichaamsdelen te bedekken en alvorens binnen te gaan moesten de schoenen uit. Een erg mooie moskee, zowel van binnen als van buiten. Toen naar de Aya Sofia, deze moskee is in gebruik als museum en kost entreegeld. Er stonden lange rijen voor de kassa, we zijn maar verder gegaan naar het Topkapi paleis. Topkapi Paleis is een enorm komlex met meerdere gebouwen en tuinen.
Een gedeelte van de gebouwen is ingericht als museum met oude gebruiksvoorwerpen en oorlogstuig. In deze ruimten mag je geen foto’s maken, als je betrapt wordt op het maken van foto’s moeten die gewist worden en wordt je eruit gezet hebben we gezien. Er is ook een gebouw dat vroeger diende als harem, om dat te bezichtigen kost extra. Ook daar was de rij wachtenden zo groot, dat we dat maar overgeslagen hebben.
Later op de dag zijn we naar de Galata-brug gegaan. Een brug over de bosporus, naar het Aziatische deel van Istanboel. Op de brug stonden honderden vissers(wedstrijd?), onder de brug zijn heel veel restaurantjes. Bij de brug ligt ook de Egyptische bazaar met heel veel specerijen en kruiden. Het was overal vreselijk druk, net een mierenhoop. Zondagavond weer gegeten bij een van de restaurantjes in het gezellige straatje met restaurantjes, Kumkapi genaamd. De restaurants zijn niet echt goedkoop, maar goedkoper dan vergelijkbare restaurants in Nederland.
De moskee-en produceren hier niet veel of vaak geluid en de turken lijken zich daar ook weinig van aan te trekken. Zondag is voor veel Turken in Istanboel duidelijk een vrije dag. Op zaterdag werd er gewerkt en op sommige plaatsen ook op zondag. Sommigen maken ook erg lange werkdagen. Bij de haven werd zaterdagavond gewerkt tot middernacht.
Op dit moment is het zonnig en erg warm overdag, ook de nachten zijn hier erg warm.
Morgen staat een bezoek aan de grote bazaar op het programma, maar eerst op zoek naar een grote supermarkt. Onze voorraad moet aangevuld.
Bulgarije
Na een goede nachtrust(de pauwen waren rustig en er reden geen treinen ’s-nachts) vertrokken we om half negen richting Bulgaarse grens. Er was niemand voor ons bij de grenspost, onze paspoorten werden door de Servische douane afgestempeld, dat was de bedoeling, maar in mijn paspoort blijkt geen uitreisstempel te staan. 100 Meter verder naar het sluisje eu-passports van de Bulgaren. 2 dames bekeken onze paspoorten, trokken de stickertjes van onze sofinummers(die zaten erop om fraudekansen bij kopieren te verminderen), na uitleg over de stickertjes konden we naar het volgende loket rijden, wegenvignet kopen. Op de vraag wat het kostte kreeg ik te horen 10 euro, maar daarna kreeg ik 5 euro terug, hij had 5 euro bedoeld. Het vignet moet tegen de voorruit geplakt en is 10 dagen geldig voor alle wegen. We ontdekten al snel dat het in Bulgarije 1 uur later is dan in Nederland. De weg naar Sofia loopt door bergachtig landschap en is vele kilometers lang 2 baans. Daarna weer een vrij vlak landschap met jawel, mais en zonnebloemen, maar ook grote graanakkers en een enkel veld met groenten die men met de hand aan het oogsten was, hier en daar met behulp van ezelen kar, soms ook zeer moderne landbouw werktuigen. Al snel kwamen we bij Sofia, we hadden gehoord dat de officiele route rondom Sofia overal open lag ivm werkzaamheden, dus kozen we de alternatieve route via de zuidkant. Meteen aan het begin van de rondweg zagen wij een grote sloppenwijk. Het wegdek was vaak slecht, maar we waren als snel om Sofia heen en op weg richting Turkse grens. Na Sofia is het heuvelachtig met mooie vergezichten. De weg is op enkele stukken na goed. Er liggen veel tankstations langs de weg, vaak met een Mc Donalds, KFC of een ander fastfood restaurant.
Er lag beduidend minder vuil langs de weg dan in Servie. Sofia-Turkije is grootdeels 4 baans, maar na Plovdiv hebben we toch nog 100 km 2 baans gereden, een enorm slechte weg door kleine armoedige dorpjes. Op veel plaatsen zitten de mensen voor hun huis zelfgekweekte groenten te verkopen, vooral veel pompoenen. We staan nu op een mooie camping in een heel klein armoedig uitziend dorpje 30 km voor de Turkse grens. Alle wegen in het dorpje liggen open om de waterleiding te vervangen; het water was dan ook tot vanavond afgesloten. De buurman van de camping heeft een groententuin, 5 honden, veel kippen met kuikens en geiten. Een hond ligt heel de dag aan een ketting op het dak van een schuurtje. De buurman gaat ’s-Morgens en ’s-Avonds met de geiten naar een bron buiten het dorp om te drinken. De man spreekt alleen Bulgaars, een praatje ging dus met handen en voeten, maar vanavond kreeg ik van hem zomaar 10 vers geplukte tomaten en een paprika.
Het was vandaag weer 30 graden, ergens op een weg stond dat vrachtwagens daar niet mogen rijden als het warmer is dan 35 graden. Bubbles reist in deze hitte mee op een koelmatje in haar bench. Op de camping staat een Nederlands stel die een rondreis Bulgarije maken met de caravan.
Vandaag het dorpje gaan bekijken, veel huizen en huisjes zijn zeer armoedig, ook zijn er mooie grote huizen. Overheidsgebouwen zijn erg slecht onderhouden, net als de straten en het dorpsparkje. Bij het parkje stond een man vruchten te plukken die op mispels leken, we kregen er gelijk een paar aangeboden, ze zagen er niet uit, maar smaakten prima. Overal in het dorp zijn zwaluwen en zwaluwnesten. Er zijn 2 restaurantjes en een mooie orthodoxe kerk die op slot was. Het dorpje heeft 3 winkeltjes die alle drie ongeveer hetzelfde verkopen; brood, water, wat kaas, drogisterijartikelen, verpakte worstjes, borrelsnacks zoals pinda’s en chips, frisdranken en bier( 2 liter flessen!!!!!). Wat opvalt is dat geen enkel winkeltje verse groenten of vlees had. Alle mensen in dit dorp hebben wel een groententuin.
Wij hadden water en verse groenten nodig. In een winkeltje wilde men ons niets verkopen omdat we met euro’s wilden betalen. Vanmiddag zijn we met de fiets naar een 10 km verderop gelegen groter dorp gegaan. Onderweg zagen we grote appelboomgaarden. In dat dorp ligt een Lidl en een andere grote supermarkt. De supermarkt was zeer modern en had ook verse groenten en vers vlees. Voor de luie mens waren er vers bereidde gerechten, gewoon meenemen naar huis en opbakken. We hebben nu weer voedsel voor de komende dagen. Het dorp had een mooie hoofdstraat en groot plein, maar de zijstraten waren slecht onderhouden, net als veel huizen. Van sommige flatgebouwen straalde de armoede af.
Bubbles heeft al die tijd netjes voor de camper in de schaduw op onze terugkomst gewacht.
Even later kwam de bulgaarse buurman 2 kilo blauwe pruimen brengen, we hebben hem als dank een biertje aangeboden.
2 machines was gedraaid vandaag en vanavond weer droog in de kast, kunnen we er weer even tegen.
De omgeving is wel mooi, veel bossen en heuvelachtig.
Pirot
Vanuit Belgrado ong. 300 km verder naar het zuiden gereden, tot 12 km voor de Bulgaarse grens.
Het was niet druk op de autoweg, wel weer veel tegemoetkomend verkeer. Het landschap werd na Belgrado wat heuvelachtiger, maar weer heel erg veel mais en zonnebloemvelden, soms een fruitboomgaard en groententeelt zoals sla en kool. Ergens op het land waren mensen met de hand maiskolven aan het oogsten. Het viel ons op dat er erg veel huizen in Servie niet afgewerkt zijn, de afwerklaag op de rode stenen ontbreekt.
Ook zagen we op meerdere plaatsen enorm grote begraafplaatsen met relatief nieuwe graven, 2 begraafplaatsen lagen pal aan de snelweg. Langs de snelweg zijn veel grote benzinestations, meestal met restaurant, soms ook met hotel, allen bieden gratis WIFI. In de buurt van Nis beginnen de restaurants een Turks karakter te krijgen, bv, restaurant Istanboel. Deze restaurants serveren hoofdzakelijk Turks voedsel.
Voorbij Nis, tot de Bulgaarse grens is men bezig met de aanleg van een autosnelweg. Die snelweg zou dit jaar klaar moeten zijn, maar dat gaat niet lukken, er zijn nog grote stukken waar men nog moet beginnen met de aanleg en diverse viaducten zijn nog in aanbouw. De huidige weg is 2 baans en kronkelt door de bergen door vele tunneltjes. Een heel mooi stuk om te rijden, maar erg druk tegenmoetkomend verkeer; In west europa wonende turkse gezinnen zijn op de terugweg naar huis na een vakantie in Turkije.
Rondom Pirot liggen heel grote parkeerplaatsen, soms met kampeer ruimte, met Turkse restaurants, ze waren vroeg in de middag druk bezocht. Wij staan voor de nacht nu ook bij zo’n turks restaurant met grote parkeerplaats en camping. Het campingdeel ligt binnen een hek en heeft gras als ondergrond. Er staan diverse tuinhuisjes met een tafel en bankjes en verlichting.
Er zijn sobere toiletfaciliteiten en je kunt er ook een kamer huren. Er zijn 2 kamers bezet en er staat nog een nederlands stel met een caravan. Op de camping lopen wel 15 pauwen, ook een pauw met kuikens. Achter de camping loopt een spoorlijn waarover af en toe een trein komt die toetert. Hopelijk rijden er vannacht geen treinen. We hebben in het restaurant een Turkse Pizza gegeten, die smaakte best goed. Je kunt hier overal met euro’s betalen, best makkelijk, want Servische Dinars hebben we niet.